muziek

Arme Hans

Hoe zou het toch met Hans zijn? Dit vraag ik me af sinds ik de biografie heb gelezen. Het wordt niets zonder jou. Een totaal voor de hand liggende titel die hij zelf bepaalde. De biografie is mooi geschreven. Je hebt het gevoel dat je zelf bij Hans aan tafel zit. Een kop thee met hem mee drinkt. Of een biertje. Zijn leven kan je gerust roerig noemen. Hij leed in zijn jeugd aan kleptomanie. De muziek genas hem daarvan. Hij werd groot bewonderaar van Ramses Shaffy. In de biografie vertelt hij hoe eenvoudig hij gratis toegang kreeg tot allerlei concerten met een door hem zelf geknutselde perskaart en een oud fototoestel. Zo kon hij op een dag Ramses back stage benaderen.

Hans heeft een ingewikkelde relatie met zijn ouders. Hij blijkt tweede Hans te zijn. De eerste Hans van zijn ouders werd niet ouder dan een jaar of drie. Hans heeft lang gedacht dat de foto’s van eerste Hans van hem zelf waren. Hans houdt van alle vrouwen maar zijn relaties houden geen stand. Onveilig gehecht natuurlijk, hoewel ik daarmee populaire psychologie napraat. Ik ben geen psycholoog, maar ik kan me wel invoelen in zijn situatie. Hij is vader van drie zonen die hij zelden ziet. Je vraagt je natuurlijk gelijk af hoe het zit met hun hechting.

Op latere leeftijd krijgt Hans een diagnose voor autisme. Voor hem verklaart dit een hoop. Onder andere waarom hij andere mensen nooit begrijpt. Hans kon een tijd teren op zijn muzikale successen, maar hij voelt zich belazerd door zijn uitgever. Die verdiende veel meer aan zijn succes. Gisteren kocht ik voor 10 euro zijn debuut album uit 1983. Ik viste hem uit een bak vol tweede hands vinyl. De foto op de hoes staat ook op de omslag van de biografie. Vergane glorie. Hans zit tegenwoordig financieel behoorlijk aan de grond. Aan het eind van de biografie dreigt hij in de bijstand te komen. Arme Hans.

Duaal gemijmer

Dat ijle geluid van de mondharmonica. Zet er een galmpje onder en ik snik bijkans mee. Tegen de virtuositeit van Toots ben ik sowieso niet opgewassen. Bij zijn spel vibreren mijn gevoelige snaren er ongecontroleerd op los. Ik zou mijn ziel zo ruilen voor de gave zo te kunnen spelen, maar ik ben non-dualist. Bovendien geloof ik dat de ziel essentieel is voor muzikaliteit. In muzikaal opzicht bezit ik zelf een verwaarloosbare hoeveelheid talent. Ik leg mijn ziel dan maar in mijn gemijmer.

Nu zing jij

Ik hoop dat je de klanken vindt die niemand eerder hoorde
Ik hoop dat je een stem krijgt die nieuwe woorden zingt
Ik hoop dat je akkoorden vindt van een nieuwe orde
Ik hoop dat je mag dichten zonder te hoeven rijmen
Ik hoop dat je boven alle angsten uitgroeit, groter nog

Wat anderen van je denken is wat zíj denken, niet jij

Vroeger zong ik jou in slaap
Die tijd komt nooit terug
Nu vind jij jouw klank
Nu speel jij jouw rustige akkoorden
Nu dicht jij met nieuwe woorden
Nu. Zing. Jij.

(vrije hertaling van het begin van “Stressed out” van Twenty One Pilots)

Jouw post mortem play list

Het is misschien een tikje macaber, en je zou me zelfs een control freak kunnen noemen, maar ik ben soort van begonnen met het samenstellen van een lijst met muziek waar ik me zo sterk mee verbonden voel, dat ik vind dat ze op mijn eigen crematie gedraaid moeten worden. Als een echo van mijn bestaan. En ik ben nog maar net midlife. Dus ik heb nog een heel half leven voor me. In die tijd verbind ik me misschien wel aan nog meer muziek, maar dan voeg ik die gewoon toe aan mijn lijst.

Het was helemaal niet zo dat ik dacht van: goh, laat ik eens een lijstje samenstellen met muziek die ik op mijn crematie gedraaid wil hebben. Nee, het ging andersom. Steeds als ik zo’n lied hoor waar ik me tot in mijn ziel door geraakt voel denk ik: die blijft voor altijd bij me. Zo mooi vind ik het. Het is van die muziek waar ik me in herken. Alsof het bij mij hoort. Soms zit het letterlijk in de tekst, maar soms ook gewoon in de melodie. En soms ook gewoon omdat het een anker is naar prettige tijden uit mijn jeugd. Mijn lijstje begint zich gestaag te vormen. Tegen de tijd dat mijn tijd is gekomen, heb ik vast wel een top-10. En dat is ook genoeg.

Ik bewijs er mijn nabestaanden beslist een dienst mee, want ze hoeven dan niet zelf al snotterend van verdriet (de stakkers) door mijn CD-verzameling en MP3-collectie te gaan. Maar misschien is het ook wel omgekeerd. Misschien willen ze mijn muzieksmaak wel helemaal niet meer verteren na mijn dood. Nou, dan hebben ze lekker pech! Post mortem steek ik dan mijn tong nog even uit. Desnoods zet ik het in mijn testament dat het mijn wil is dat ze mijn verzoeknummers spelen (zie je wel: control freak).

Dat er nog geen online dienst is waar je (in het geniep) jouw laatste verzoeknummers, jouw post mortem play list, kunt opgeven. Het is een gat in de markt als je het mij vraagt. Dan worden tijdens mijn verassing als verrassing voor mijn lieve nabestaanden (want zij wisten het niet en hadden een heel andere lijst samengesteld) mijn zorgvuldig geselecteerde lijfliederen – nee: lijkliederen – afgespeeld.

Ik heb mijn lijst nog lang niet compleet, maar ik weet al wel welke als eerste moet:
Van Dik Hout met “Zo stil in mij”

En dan, vlak voor ik de oven in mag:
“Fearless” van Massive Attack

En tot slot, keihard de Simple Minds:
“Don’t you forget about me”

Ben jij al begonnen met je post morten play list? Wie weet duik ik wel in dat gat in de markt: http://www.mypmplaylist.com ofzo…

Stil in mij

Zo’n beetje heel Dwingeloo is nog steeds verbijsterd. Hoe kon iemand die zo gezond en nog zo midden in het leven stond en nog zo hard nodig was, plotseling overlijden aan een hartaanval? Zelf kende ik de man helemaal niet, maar ik kende zijn dochtertjes, een tweeling van 7 jaar. Even oud als onze eigen tweeling. Vlak voor hun vader overleed waren ze nog op het feestje van onze tweeling. Vooral voor die twee kleine meisjes, maar ook hun moeder voel ik mee.

Mijn vrouw deed waar ik natuurlijk niet aan dacht: ze kocht drie mooie rouwkaarten. Ze had de tekst van Ren Lennie Ren van Akda en de Munnik aangepast naar Ren Meisje Ren en als gedicht bij de twee kaarten voor de tweeling gedaan. Mijn vrouw verdient een standbeeld. Ze is de liefste engel die ik ken.

Ik ging naar de kerkdienst om hen mijn medeleven en steun te betuigen. Ik gaf de weduwe een warme knuffel en zei zachtjes: “van harte gecondoleerd”. Ze beantwoordde het met een even warm “dankjewel”. De dienst maakte een hele diepe indruk op me. De kerk zat tot de nok toe gevuld met treurende mensen. Zoveel medeleven. De tweeling stak ieder en kaars aan voor hun papa in de kist. Hartverscheurend lief. En even later klonk “Ren Lennie Ren” door de luidsprekers. Nu heb ik voor altijd iets met dat lied. Het zal me nog lange tijd een brok in de keel bezorgen, ieder keer als ik het hoor.

Eigenlijk maakt de hele tragedie een diepe indruk op me. Je beseft je dat je zelf ook zomaar ineens kunt verdwijnen. Je beseft je ineens wat de betekenis is van je eigen leven. Je beseft je ineens dat je de tijd die je met elkaar hebt beter kunt koesteren dan er in grote haast aan voorbij te leven. Je beseft je ineens wat echt belangrijk is.

Na de kerkdienst keek ik naar de stille stoet die statig achter de lijkwagen aan liep. Mijn vrouw en onze tweeling liepen ook mee. Ik kon niet mee lopen omdat ik onze jongste zoon moest ophalen bij de oppas. De dienst was nogal uitgelopen vanwege de enorme opkomst, vandaar. De stoet moest van de Sint Nicolaas Kerk, langs de Brink naar de begraafplaats lopen. De zaterdagmarkt was er speciaal voor verplaatst. Ik zag de stille stoet vertrekken en keek hen na. De serene stilte en het hypnotiserende beieren van de klokken van de Siepeltoren maakten het stil in mij.

Het is zo stil in mij ik heb nergens woorden voor
Het is zo stil in mij en de wereld draait maar door

Van Dik Hout. Zo mooi. Control freak die ik ben, zet ik dit lied bij dezen op mijn eigen uitvaartlijst.

Mega Mindy! Help!

In de veel te korte vakantie toerden wij door Zweden met twee iPods vol muziek. Op die van mij staat alleen muziek voor mijn wils. Op die van mijn vrouw staat voor ieder wat wils, vooral voor de kinderen (onder andere alles van K3 en Mega Mindy…). Dat zegt een hoop. In ieder geval kwam mijn iPod bijna niet aan de stereo van de auto te hangen. Tot overmaat van ramp werd ik ook nog eens de hele vakantie elke ochtend wakker met “I just came to say Hello!” in mijn hoofd. Op zich een lekker nummer, maar mijn kinderen zongen het de hele vakantie, dag in, dag uit, tot ik er helemaal tiepelzinnig van werd!

Maar mijn iPod lag dus links, in de verdomhoek van de auto. De hele vakantie. Op mijn iPod staan mijn favorietste CD’s (Sting, Dire Straits, Bowie en ook Kraftwerk). Zelf gekocht in mijn jeugd, studietijd en nog een tijdje daarna. Mijn eigen muziekverzameling die ooit trots zo’n beetje de hele muur versierde zodat iedereen kon zien wie ik was. In mijn studentenkamer torende een stoere, zwarte stereo van 3 losse apparaten. Een versterker, een CD-speler en een cassettedeck, met twee machtige speakers in de hoeken. Die stereo heb ik al lang niet meer. Er staat nu een compact alles-in-één-gevalletje in de keuken met een iPod-dock er bovenop. In de woonkamer staat nog zoiets.

Al mijn CD’s liggen nu in een doos op zolder. Dat is toch een beetje een deel van je zelf op een plek opbergen waar niemand het kan bewonderen. Mijn favorietste CD’s staan dus op mijn iPod. En er komt ook niks op dat ik niet mooi vind. Mijn iPod is mijn domein. Gevolg is dat mijn iPod thuis ook vooral links ligt. Ik luister nu een beetje heimelijk naar mijn eigen muziek. Meestal als ik in de trein zit, of alleen  onderweg ben met de auto. Soms, als de kat van huis is, draai ik thuis ook wel eens mijn eigen smaak. Dan ben ik even stiekem helemaal mijzelf. Zielig? Ach, aan de andere kant worden de liedjes van K3 vanzelf leuk. En Mega Mindy mag me natuurlijk altijd komen redden.

Powered by ScribeFire.