naakt

Naakt

Je mag niet zomaar naakt over straat lopen, maar wel op blote voeten. Ik hoor trouwens ook nooit dat we onze voeten of handen ontbloten. Dat doen we vooral met ons bovenlichaam en onze tanden. Ontbloten is gek genoeg synoniem aan onthullen. Een beeld van iemand die weinig verhult noemen we een naakt. Een bloot is, voor zover ik weet, niks. Naakt klinkt in mijn hoofd bloter dan bloot. Alsof je meer van jezelf bloot geeft als je naakt bent. Naakt ben je ook altijd met je hele lijf. Bloot zijn kan gedeeltelijk. Blote voeten, blote handen, blote billen. Bloot is gewoon gewoner dan naakt. En om bloot nog een beetje gewoner te maken zeggen we dat we in ons blootje lopen. En in je nakie in de zee zwemmen klinkt ook best gewoontjes. De waarheid is dat je billen er echt niks minder bloot van worden. De zuivere waarheid is trouwens altijd naakt. Volgens een oud fabel zaten de waarheid en de leugen ooit samen in bad. De leugen stapte er als eerste uit en trok toen de kleren van de waarheid aan. De waarheid wilde de kleren van de leugen niet dragen en bleef daarom dus naakt.

Niet af, maar naakt

Een mens is gewoon nooit af. Je leven is nooit af. Je sterft zoals je dan bent. Zo zie ik dit althans. Een heel leven wijden aan vervolmaking van jezelf voelt voor mij dus als zinloos.

Ooit las ik ergens dat je als peuter al begint jezelf te plamuren met laagjes gedrag die afwijzing door anderen moeten voorkomen. Ergens halverwege mijn leven ben ik begonnen die lagen plamuur er weer af te beitelen. In een poging mijzelf weer te “normaliseren” tot mijn essentie. Een poging om mijn pure kern weer bloot te leggen.

Misschien is dat wel het doel van een mensenleven: de wederblootlegging van jezelf. Een mens komt naakt ter wereld en moet die ook weer naakt verlaten. Niet af, maar naakt.

Mijn glas

Ik zie een glas, en die is halfvol. Met kleine dingen, maar ik eer ze. Het is een nieuw glas. Mijn glas. Helemaal weer zelf geblazen. Het oude sneuvelde in de koude oorlog.  Er zit nog steeds een scherf in mijn hart, als herinnering. Ook mijn ziel is op diverse plaatsen doorzeefd met de scherven van het oude glas.

Dus ik heb een gescheurd hart en een ziel vol gaten. Blijkbaar kun je dat overleven. Hoewel ik daar serieus aan heb getwijfeld. Mijn hele bodem klapte onder me vandaan. Eventjes hing ik als in een cartoon in de lucht tot de zwaartekracht me resoluut de diepte in trok.

Mijn duizelingwekkende tuimeling de diepte in leek eindeloos te duren. Maar ik sloeg geen cartooneske, Mark-vormige krater bij mijn uiteindelijke landing. Het tuimelen ging namelijk geleidelijk over in dwarrelen. Als een eikenblaadje dwarrelde ik vredig naar beneden. Ik landde versuft en enigszins verbaasd op mijn beide voeten.

Daar stond ik dan. Ik keek naar mijn blote voeten en werd me ervan bewust dat ik helemaal naakt was. Kleren maken de man ook helemaal niet. Ontberingen maken de man eerder, maar ik besloot mij zelf te maken. Om te beginnen met een nieuw glas. Om al mijn hervonden geluk in te kunnen doen.